Greetje Majoor: Verweven met het leven
Veel hedendaagse kunstenaars houden zich bezig met de eigentijdse wereldproblematiek. Door middel van hun kunst willen zij de beschouwer meer bewust maken van de wereld om hem heen. Dit geldt ook zeker voor kunstenares Greetje Majoor. Bijzonder aan haar werk is dat zij gebruik maakt van een opmerkelijke medium. Zij werkt in een traditionele weeftechniek maar combineert dit met gevonden voorwerpen of weeft in materialen die men normaal gesproken niet associeert met deze techniek.
Het gevonden voorwerp speelt al vanaf de vroeg twintigste eeuw een belangrijke rol in de kunstgeschiedenis. Een kunstenaar als Marcel Duchamp gebruikte het zogenaamde ‘Objet Trouvé’ of de ‘Ready Made.’ Hij deed dit echter om de traditionele kunst omver te werpen en een anti-esthetisch statement te maken. Voor Greetje Majoor daarentegen heeft het gevonden voorwerp een sterk verhalende kracht. Zij kiest voor objecten die een link hebben met de actualiteit. Haar inspiratie haalt zij dan ook uit ondermeer krantenartikelen. Hierbij heeft zij een voorliefde ontwikkeld voor de weergave van problemen. Dit kunnen wereldlijke problemen zijn zoals milieuvervuiling en oorlog maar ook persoonlijke problemen als ziekte of de dood van een dierbare. In de weergave van problematiek schuilt een sterkere verhalende kracht dan wanneer een kunstenaar alleen naar schoonheid streeft. Wanneer machteloosheid in vorm wordt omgezet ontstaat er kracht.
Een onderwerp dat op het pad van Greetje Majoor kwam door middel van de media is haar reeks Strandafval-werken. De laatste jaren is er veel aandacht voor de plastic soep, de enorme hoeveelheid plastic afval die in de natuur en in het bijzonder in de oceanen terecht is gekomen en het leven in zee maar ook op aarde bedreigt. Greetje raakte geïntrigeerd door het onderwerp en begon met het verzamelen van informatie hierover. De volgende stap in het creatieve proces was het verzamelen van daadwerkelijk plastic strandafval, samen met Jaap Majoor, de echtgenoot van de kunstenares die als technisch medewerker Greetje al jaren helpt met praktische zaken als het inlijsten van haar kunst en het fotograferen van haar werken . Vervolgens werden de gevonden objecten op kleur gesorteerd om rust te scheppen in de chaos en waar nodig werden zij in stukken geknipt. Greetje gebruikte deze materialen om mee te weven. Zij maakte een schering in katoendraden en gebruikte de repen gevonden plastic als inslag. Hierbij liep zij soms tegen de grenzen van de weeftechniek aan. Hoewel dit frustrerend zou kunnen zijn, zag Greetje het voornamelijk als een uitdaging om het onmogelijke toch mogelijk te maken. Hoewel het fascinerende eindresultaat van de kunstwerken kleurrijk en aantrekkelijk oogt, wordt je als toeschouwer tegelijkertijd heel bewust van de enorme hoeveelheid plastic afval die er in de natuur wordt achtergelaten. Hierdoor past Greetje in een hedendaagse tendens van kunstenaars die verhalende werken maken om het maatschappelijk bewustzijn te verhogen.
Dit geldt ook voor haar Spiraal van geweld. Een kunstwerk dat in diverse vormen te exposeren is. In het Waterliniemuseum zal het werk hangend aan een wand getoond worden maar het kunstwerk kan ook worden opgesteld als een staande spiraalvorm. Deze spiraalvorm is symbolisch op te vatten als een letterlijke geweldsspiraal maar nodigt de bezoeker ook uit zich tussen het kunstwerk in te begeven waardoor hij er zelf deel van uit gaat maken. Omdat de spiraal een organische vorm is, denk aan slakkenhuizen, is het voor velen een aantrekkelijke vorm die het gevoel aanspreekt. Inspiratie voor dit kunstwerk waren de vele krantenartikelen die verschenen over de Irakoorlog die in 2003 uitbrak en tot december 2011 aanhield. Wederom heeft Greetje dit werk in bijzondere materialen geweven. Als inslag heeft zij gebruik gemaakt van de daadwerkelijke krantenartikelen en van repen stof van militaire camouflagekleding.
De interesse in nieuwe vormen en materialen ontstond tijdens haar opleiding aan de Open Weefopleiding in Gouda. Hier leerde zij een gegeven, bijvoorbeeld poëzie om te zetten in een beeldende vorm. Het was een proces van tekenen, uitproberen en soms wanhoop maar het stimuleerde Greetje wel om andere wegen in te slaan in de textielkunst. Tot dan toe had zij voornamelijk meer traditioneel werk gemaakt zoals vloerkleden, gordijnen en kleding.
Het werk Overwinning nodigt de toeschouwer uit na te denken over dit thema. Het kan geïnterpreteerd worden als een overwinning in bijvoorbeeld een oorlogssituatie maar ook een overwinning in het persoonlijk leven. Greetje heeft hier gebruik gemaakt van de geometrische vormen cirkel, vierkant en driehoek gecombineerd met de primaire kleuren rood en geel. In kleur en vormgebruik is het kunstwerk schatplichtig aan de kunst van De Stijl waarbinnen ook gebruik wordt gemaakt van primaire kleuren en geometrische vormen. De geometrische vormen en de kleuren kunnen symbolisch worden geïnterpreteerd. De cirkel staat symbool voor het geestelijke terwijl het vierkant een zware en sterke vorm is. De driehoek staat enerzijds symbool voor het denken maar anderzijds ook voor gevaar, zeker in combinatie met een rode kleur. In totaal bestaat Overwinning uit 14 onderdelen. 7 hiervan tonen een cirkel met daarin een naar boven gerichte gele driehoek, de overige 7 bestaan uit een vierkant met daarin een naar beneden gerichte rode driehoek in formaat verlopend van groot naar klein. De scheringdraden zijn samengesteld uit 6 draden in verschillende tinten grijs. Per onderdeel is een andere samenstelling gebruikt, waardoor de kleur van donker naar licht verloopt. De driehoeken in de cirkels zijn geweven met wol, maar de rode driehoeken in de vierkanten heeft Greetje geweven in prikkeldraad waardoor deze delen een meer hard of agressief uiterlijk krijgen, dit als tegenhanger van de zachte ronde vorm . De cirkels worden boven de vierkanten geplaatst waardoor zij hier in feite superieur aan zijn, dit laat zien dat het denken en het geestelijke superieur zijn aan het gevaar, de agressie en de angst.
Eveneens schatplichtig aan De Stijl is haar werk Inventionen dat stilistisch geïnspireerd is op het werk van Mondriaan maar inhoudelijk op de muziek van Bach. Inspiratie voor dit werk was een Mondriaan tentoonstelling die Greetje begin jaren negentig bezocht. In dezelfde periode volgde zij klavecimbellessen en raadde haar docente haar aan de 15 Inventionen van Bach te spelen. Al spelende ontstond het idee deze composities uit te beelden in vorm en kleur. Greetje maakte hierbij gebruik van de getallensymboliek die ook Bach in zijn composities gebruikt zou hebben, zoals beschreven door Van Houten en Kasbergen. Het getal 14 staat symbool voor Bach (B=2, A=1, C=3 en H = 8) en zou door hem symbolisch als handtekening in zijn composities gebruikt zijn. Deze getallen heeft Greetje gebruikt in de maatvoering van de 15 geweven Inventionen. De muziektonen heeft zij vertaald naar kleuren. Hierbij keren vooral de kleuren blauw en rood vaak terug waarin de inspiratie door het werk van Mondriaan zichtbaar is. Deze inspiratie keert ook terug in het gebruik van horizontale en verticale lijnen. In dezelfde stijl heeft zij haar ‘levenskleed’ geweven. Een kleed waarin zij later ook begraven wil worden.
Waar de Inventionen en Overwinning gekenmerkt worden door felle kleuren, zijn haar Muren in verval tonaal juist zeer ingetogen. Deze kunstwerken belichten een ander onderwerp dat een belangrijke rol speelt in het oeuvre van Greetje namelijk vergankelijkheid. De muren zijn na het weven bewust door de kunstenares kapot geknipt. Soms subtiel met slechts een geringe beschadiging maar soms ook zeer duidelijk aanwezig. De beschadigingen heeft Greetje nog eens extra geaccentueerd met pastelkrijt. Deze werken heeft de kunstenares in haar tuin in Laren opgesteld waardoor zij beïnvloed worden door weer, wind en de natuur. Recentelijk hebben de vogels de Muren in Verval ontdekt en hierin perfect nestmateriaal gevonden. Hierdoor worden de kunstwerken door hun verval juist weer opgenomen in de cyclus van het leven. Ook hier wordt het verval uiteindelijk weer omgezet in kracht door aan de jonge vogels warmte en bescherming te bieden. Een toepasselijker eerbetoon kan de natuur niet geven aan een kunstenares die door middel van haar werk de mens bewust wil laten omgaan met de natuur.
Diana Kostman, bij de expositie van Greetje Majoor in het waterlinie museum 2017